Het jaar 2021 is door de pandemie een uitzonderlijk jaar geweest, meldt APPLiA Nederland in haar jaarverslag. De totale omzet voor de branche van elektrische huishoudelijke apparaten bedroeg maar liefst 3.33 miljard euro.
APPLiA, brancheorganisatie voor producenten en leveranciers van elektrische huishoudelijke apparaten, basseert de gegevens in haar jaarverslag op bevindingen van onderzoeksbureau GfK. De organisatie concludeert dat 2021 een zeer bijzonder jaar is geweest dankzij de pandemie en bijkomende maatregelen, zoals lockdowns.
Die hebben ervoor gezorgd dat consumenten zijn gaan investeren in hun elektrische huishoudelijke apparaten. Het vakantiegeld moest immers ergens aan besteed worden. Bovendien is het belangrijk dat spullen in huis goed functioneren als je er veel tijd moet doorbrengen.
7 procent groei
De omzetgroei vlakte in de loop van 2021 wel af, stelt APPLiA. “De totale omzet van 2021 was 3,33 miljard euro. In het begin van 2021 was er een volumegroei te zien, maar in de tweede helft van 2021 sloeg dat om. Op jaarbasis is de afzet per saldo daardoor gelijk gebleven aan 2020. Een volledig overzicht van alle cijfers per productcategorie vindt u hier.”
Uit de cijfers van onderzoeksbureau GfK blijkt dat de omzet van alle technologiesectoren gelijk is gebleven aan de omzet in 2020, behalve bij groothuishoudelijke apparaten. Deze sector liet een omzetgroei van 7 procent zien. “Ongeveer de helft van de omzetgroei is te danken aan de vraag naar producten met meer features. Deze producten zijn vaak duurder dan apparaten zonder extra functionaliteiten, waardoor de omzet steeg. De andere helft van de omzetgroei is te verklaren door een stijging van de prijzen, veroorzaakt door de stijging van de kosten voor logistiek en grondstoffen.”
Invloed van chiptekort
Naast de coronapandemie heeft ook het chiptekort in 2021 het nieuws beheerst. Ondanks dit tekort is de totale markt in afzet gelijk gebleven aan 2020. De beschikbaarheid van apparaten verschilde gedurende het jaar sterk tussen de diverse merken en productgroepen. Consumenten werden door de langere levertijd van een specifiek product soms gedwongen om een alternatief te kiezen.
Nederland kiest voor digitaal
Nederland is een van de meest digitaal volwassen landen van Europa en staat zelfs op de tweede plek in de ranglijst van technical consumer goods, onder het Verenigd Koninkrijk. In de cijfers is daardoor duidelijk te zien dat de markt van elektrische huishoudelijke apparaten weinig last heeft gehad van de lockdowns. De verkoopcijfers zijn over het hele jaar stabiel; in tijden van een lockdown lag de online verkoop hoger, en op momenten dat de winkels weer open waren, stabiliseerden deze cijfers zich. Het wisselen tussen online en offline verkoop is voor zowel de consument als de retailer tijdens de tweede lockdown van 2021 een soepele omschakeling geworden. Dit in tegenstelling tot andere Europese landen, zoals België, waar een jojo-effect zichtbaar is in de verkoopcijfers. Tijdens de lockdown lag de verkoop nagenoeg stil. Wanneer de fysieke winkels weer open waren, werd een inhaalslag gemaakt.
De online verkoop van groothuishoudelijke apparaten ligt structureel hoger dan voor de coronapandemie. Dat is niet alleen zichtbaar in Nederland, maar ook in de rest van Europa (bron: onderzoekbureau GfK).
De gekte is eraf
Een van de productgroepen die in 2020 een opmerkelijke stijging liet zien, waren de vriezers (+ 40% in stuks). Met name tijdens de allereerste lockdown in 2020 steeg de verkoop enorm. De consument moest immers ergens al het ingekochte voedsel kwijt. In 2021 is er een flinke daling te zien in de verkoopaantallen in stuks (-17%) en in de omzet (-5%), ondanks de flinke stijging van de prijs (+15%).
Afgezien van de vriezers is het opnieuw een buitengewoon goed jaar geweest voor de verkoop van elektrische huishoudelijke apparaten. Vrijwel alle productgroepen laten een stijgende afzet en/of omzet zien ten opzichte van vorig jaar, al is deze stijging minder groot dan in 2020. Oftewel: de gekte is eraf.